Huis Hengelo oorsprong van dorp
Willem Ripperda van HengeloDe eerste bewoners van Hengelo leefden op de plek waar de Drienerbeek en de Berflobeek samenvloeien. Daar ontstond het Huis Hengelo. Water voor de grachten was er altijd genoeg. De eerste heren van Hengelo waren de Rutenborgs waarvan een dochter in 1485 trouwde met Johan van Twickelo, eigenaar van het landgoed Twickel.

Bij de Thiemsbrug stond 500 jaar geleden al een versterkt huis van een edelman. Hier ontwikkelde zich langzaam het dorp Hengelo. Rond 1500 stonden er 40 of 50 hutten en huisjes, veelal gehuurd van Johan van Twickelo. Zijn zoon, Frederik van Twickelo, kreeg het huis Hengelo en zijn andere zoon die eveneens Johan van Twickelo heette kreeg Twickel bij Delden en werd Drost van Twente. Door huwelijk verwierf hij het huis Weldam bij Goor. Johan verdeelde zijn bezittingen onder zijn dochters, waardoor Twickel in handen kwam van de familie Van Raesfelt en Weldam in handen van de Ripperda's.

Frederik van Twickelo, de eigenaar van het huis Hengelo, was bijzonder geliefd. Hij kreeg de bijnaam de Rijke mede omdat hij veel boerenerven kocht in Woolde. Een Bornenaar getuigd jaren later voor de rechter dat Frederik van Twickelo de inwoners toestond te vissen in de Drienerbeek en ook hielp Van Twickelo mensen bij de verhuur en verkoop van hun woningen. Frederik van Twickelo bouwde het Huis Hengelo. Dat deed hij rond 1525. Toen Frederik in 1545 stierf werd hij begraven in de hofkapel, waar nu de begraafplaats ligt aan de Bornsestraat. Over Frederik verhaalt de overlevering dat toen de Franse revolutie over Nederland trok en alle grafstenen van adellijke heren werden beschadigd, de Hengeloërs de grafsteen van Frederik van Twickel omdraaiden zodat de grafsteen niet kon worden uitgewist. Zodoende is dit meer dan 450 jaar oude monument bewaard gebleven. Toen de hofkerk rond 1840 werd afgebroken is de grafzerk overgebracht naar de Oude Kerk in Delden.

De zoon van Frederick van Twickelo, Adolf, verkoopt het huis Hengelo aan Unico van Ripperda die het verbouwt en uitbreidt. Maar vier jaar na de verkoop brandt de havezate al deels af. Zijn zoon Willem woont afwisselend in het Hof te Boekelo en in het Huis Hengelo. Het huis komt onder de slopershamer in het begin van de negentiende eeuw waarna de Heemaf er een fabriek neerzette. Het poortgebouw staat nu op landgoed ‘t Stroot in Twekkelo, tussen Hengelo en Enschede. De kasteelgrachten zijn in 1995 hersteld waarbij onder meer een grote hoeveelheid scherven is gevonden. De Hengelose archeoloog Mark Komen inventariseert de vondsten op dit moment.

--------------
De bekendste bewoner van het Huis Hengelo is ongetwijfeld Willem Ripperda, onderhandelaar namens Overijssel bij de Vrede van Münster in 1648. Willem Ripperda was heer van Hengelo, Boekelo, Boxbergen bij Deventer, Rijsenburg in Utrecht en Solmsburg, dat vermoedelijk lag in Ottenstein, net over de grens bij Haaksbergen.

Willem is zoon van Unico baron Ripperda en Anna van Doetinchem. Hij was een telg uit het oudadellijke geslacht Ripperda. Hij was kort legerofficier maar volgde een diplomatieke loopbaan. Willem Ripperda trouwde op 21 maart 1627 in Den Haag met freule Alida van Buckhorst tot Wimmenum. Hij was afgevaardigde van de ridderschap van Overijssel bij de Staten Generaal in Den Haag. Hij volgde Zweder van Haersolte op en nam als gevolmachtigd ambassadeur deel aan de vredesonderhandelingen in Münster en Osnabrück in de jaren 1644 tot 1648.

In december 1646 zouden de vertegenwoordigers van de gewesten zich verzamelen in Deventer. Maar door de strenge winter zaten enkele onderhandelaars vast. Anderen konden Deventer niet bereiken door het kruiende ijs. Afgesproken is toen bij elkaar te komen in het huis Hengelo. "De route is toen voor veel deelnemers verlegd", vertelt dr. Hugo Reynders die veel voor Oald Hengel schreef over het Huis Hengelo. "Drie dagen en nachten zijn de onderhandelaars, minus de vertegenwoordiger van het gewest Holland, in Hengelo bijeen geweest om de onderhandelingen voor te bereiden. Niemand wist hier van. Zelfs professor Groeneveld van de universiteit van Leiden had er nooit van gehoord."

Volgens Reynders wordt de rol van Willem Ripperda tijdens de vredesonderhandeling sterk overdreven. "Hij heeft weinig of niets ingebracht. Zijn naam vind je nergens. Alleen als de heren de bloemetjes buiten zetten, er partijen en banquetten waren, kom je zijn naam tegen."

-----------------------

De familie Ripperda is heel bekend in Twente. Verschillende straten herinneren aan de adellijke heren die oorspronkelijk uit Groningen komen.
-----
Zijn zoon Unico erft schulden, sterft kinderloos en de rol van de Ripperda’s was over. Het huis komt in verschillende handen. Uiteindelijk wordt het in 1819 gesloopt. Er is niets meer van over. De mooie laan Boekelerhofweg verraadt het gebied (Hof van Boekelo) waar het huis stond. Op het schilderij van Gerard ter Borch II van de vredesondertekening is Ripperda afgebeeld als één van de onderhandelaars.

---------------------

De Vrede van Munster maakte in mei 1648 een einde aan de Tachtigjarige Oorlog tussen de opstandelingen in de Nederlanden en Spanje. Later dat jaar, in oktober 1648 werd in Osnabrück ook vrede gesloten tussen de landen, die betrokken waren bij de Dertigjarige Oorlog (1618-1648). De Vrede van Munster en van Osnabrück samen werden bekend als de Vrede van Westfalen en bepaalden de staatkundige verhoudingen in Europa tot aan de tijd van Napoleon Bonaparte.

Het tij in de oorlog tegen Spanje was in het voordeel van de Republiek van de Nederlanden gekeerd door Franse inmenging. In 1641 begonnen vredesonderhandelingen tussen de strijdende partijen. Afgesproken werd dat in Munster en Osnabrück onderhandeld zou worden. Hoewel de Republiek niet meevocht in de Dertigjarige Oorlog, werd de Republiek van de Nederlanden toch uitgenodigd bij de vredesonderhandelingen.

Een belangrijk nevengevolg van de Vrede van Munster was dat het Nederduits-Gereformeerde geloof de staatskerk van Nederland werd. Alle katholieke goederen vervielen aan de overheid. De katholieken moesten tot 1795 gebruik maken van schuilkerken, want zij verloren alle kerken, kapellen, kloosters en andere bezittingen.

Zie ook het Rijk van Ripperda