Jacob van Wassenaer
Obdam
1610 - 1665
Het begin van het einde van de Gouden Eeuw
Een indrukwekkend monument voor Jacob van Wassenaer van Obdam staat
in de Grote of Sint Jacobskerk in Den Haag, een paar honderd meter van het Binnenhof.
Het pronkstuk van zwart, rood en wit marmer staat op een opvallende plaats:
in het koor. Voor de beeldenstorm stond er het hoogaltaar van katholieken.
Witmarmeren panelen vertellen nu de episodes uit zijn laatste slag.
De ondergang van het vlaggenschip De Eendracht van Jacob van Wassenaer kwam door een vonk in een kruitvat.
Het hele schip ging de lucht in. Vier bekoorlijke vrouwen op het monument
Fidelitas (Trouw), Vigalantia (Waakzaamheid), Prudentia (Voorzichtigheid)
en Fortitudo (Kracht) vertellen het verhaal. |
Jacob
van Wassenaer Obdam
vernietigt Zweedse vloot
'Vernietig de Zweedse vloot' is de opdracht
aan admiraal Jacob van Wassenaer Obdam, luitenant admiraal generaal van
de Verenigde Nederlanden. Tromp sterft in 1653 tijdens de slag bij Ter
Heijde in de buurt van Scheveningen. Van Wassenaer wordt dan automatisch vlootvoogd.
Zijn opdracht: bescherm de uiterst belangrijke handel
met de landen aan de Oostzee waar veel graan en hout vandaan komt.
Een groot deel van de Zweedse vloot bezwijkt onder de overmacht uit
Holland: 75 schepen, 15.000 manschappen en 3000 kanonnen. Het landje
pik van de Zweden, die in Denemarken, Polen en Rusland vechten,
stopt. Tijdens de eerste zeeslag sneuvelen Pieter Floriszoon en de
dappere Witte de With.
Een Hollandse edelman redt Kopenhagen en de graan- en ijzer aanvoer naar Holland is weer gegarandeerd. De Hollanders
bereiken nog een doel: het tolgeld van de Denen gaat flink omlaag.
Voor wat, hoort wat. Moet je maar denken.
Staatse leger
Jacob, baron van Wassenaer, heer van
Obdam, is in 1610 geboren als zoon van luitenant-admiraal Jacob
van Wassenaer-Duivenvoorde (1574- 1624). Als 21-jarige jongeman neemt
hij dienst in het Staatse leger. Hij wordt kolonel van de cavalerie en
in 1653 'gemachtigde van de Staten voor de vloot'. In augustus van datzelfde jaar sneuvelt Trompt toch vrij onverwacht.
Hij
is nauwelijks bekend met de zeedienst. De militaire staf volgt de nieuwe
admiraal Van Wassenaer Obdam met argusogen. Hij boekt echter toch een aantal successen.
Jacob van Wassenaer is baanderheer
van Wassenaer, heer van Obdam, Hensbroek, Spanbroek, Opmeer, Zuidwijk
(bij Wassenaar) en Kernhem. Zijn zoon Jacob (1645 - 1714) trouwt in 1676 met de
erfdochter van Twickel, Adriana Sophia van Raesfelt. (bron: Wassenaer en de stichting
Twickel in Delden) |
|
Successen
In 1656 ontzet Van Wassenaer de belangrijkste Poolse stad Danzig, dat
door de Zweden wordt geblokkeerd. Hij sluit in 1657 de rivier de Taag aan de kust van Portugal
af en maakt vijftien suikerschepen buit. In de Deens-Zweedse Oorlog
verslaat hij de Zweedse vloot in de Slag in de Sont (1658).
Engelse Oorlog
In 1665, bij het uitbreken van de Tweede Engelse Oorlog, keert
het tij voor Van Wassenaer en Holland. Eind mei verschijnt een Engelse vloot van ruim 100 schepen,
4200 kanonnen en 22.000 matrozen voor de Hollandse kust. Johan de
Witt stuurt de vloot van de republiek de zee op. Van Wassenaer zoekt
de Engelse vloot op. Ongeveer 40 zeemijlen ten zuidoosten van Lowestoft
bij Norwich beschieten de vlaggenschepen van de Britten en de Zeven Provinciën
elkaar. Een bitter gevecht volgt.
Alles
gaat verkeerd (zie tekening hieronder). Van Wassenaer verspeelt zijn goede
aanvangspositie. In een tweede treffen met de Engelse opperbevelhebber York,
de latere koning Jacobus II, exlpodeert zijn schip, De Eendracht. Een kruitvat ontploft op 3 Juni 1665.
Het schip vliegt de lucht in. Slechts
vijf matrozen overleven de ramp. Het lichaam van Van Wassenaer is
nooit gevonden.
|
Foto boven: Hendrik van Minderhout
(1632-1696) schildert trotse schepen met dubbele rijen kanonnen die
wolken kruitdamp spuwen. Treurig om te zien
is dat de meeste schepen 'made in Holland' zijn.
Het Britse vlaggeschip HMS Royal Charles
is links op het schilderij uitgebeeld en daar direct rechts naast De
Eendracht, het vlaggeschip van Van Wassenaer Obdam.
|
|
De omvang van de slag bij Lowestoft
niet ver van Norwich op 3 juni 1665 is op de tekening goed te zien.
Luitenant admiraat Jacob van Wassenaer Obdam is met zijn schip
vergaan. Een vonkje is voldoende om een kruitvat
te laten exploderen.
Slechts vijf matrozen overleven de ramp met De Eendracht.
Michiel
Adriaanszoon de Ruyter volgde hem op. |
Onderlinge jalouzie tussen de bevelhebbers
zou tot de nederlaag van Van Wassenaer Obdam en z'n dood hebben
geleid. Kortenaer sneuvelde, Johan Evertsen en Cornelis Tromp hebben
nog geprobeerd de orde in de eskaders te herstellen. Zestien grote
schepen gaan echter verloren. Negen zijn in handen gevallen van de Britten.
Ruim 2000 mannen gesneuveld. De Hollanders in de havens zijn
woedend. Johan Evertsen krijgt in Den Briel de volle laag van z'n
landgenoten. Want - zo klagen de mensen - onze zonen en mannen zijn net als Van Wassenaer-Obdam
niet meer teruggekomen. |
Johan de Wit is met Tromp in Texel
bezig een nieuwe vloot uit te rusten. De Ruyter keert dan terug
in de haven van Delfzijl. Zijn buit is groot. De Ruyter wordt de eerste niet-adellijke admiraal.
Tromp voelt zich gepasseerd. Twee jaar later, in 1667 verslaat
De Ruyter de Britse vloot bij Londen. De hele wereld is onder de
indruk. 'De Hollanders winnen het van ons in wijsheid, moed, kracht,
kennis van onze eigen stromen en in succes', schrijft een zekere
Pepys in zijn dagboek. De diep vernederde koning tekent de vrede
van Breda. |
Behalve het vlaggeschip De Eendracht
vergingen ook de VOC-schepen Oranje, Maarsseveen (78 stukken of
kanonnen onder bevel van Jacob de Reus), de Ter Goes (34 stukken)
en Swanenburg.
|
Tweede Engelse Oorlog
De Engelsen begonnen op 8 mei 1665 met een blokkade van de Nederlandse
kust. Die duurde twee weken omdat de voorraden onvoldoende waren.
Toen zij zich terugtrokken kregen de Nederlanders de kans om uit
te varen. Admiraal Van Wassenaer Obdam ging op 10 juni op zoek
naar de Engelse vloot. Op 11 juni kregen ze elkaar voor het eerst
in zicht. Hoewel de Nederlanders een gunstiger wind hadden, maakte
Van Wassenaer van Obdam hier geen gebruik van. Op 13 juni veranderde
de wind en de Engelsen vielen aan. Er volgde een gevecht dat vele
uren duurde totdat om drie uur 's middags het vlaggeschip de Eeendracht
van Van Wassenaer Obdam de lucht in vloog. De Nederlanders sloegen
op de vlucht. Een totale ramp werd voorkomen doordat de Engelsen
de achtervolging 's nachts staakten.
|
|
|
Afbeelding rechts onder: Het graf van
Jacob van Wassenaer Obdam staat in de Oude Kerk of St Jacobskerk (schilderij
hieronder) in Den Haag. De kerk staat naast het Oude Raadhuis van 's-Gravenhage.
|
(bronnen: E.F. Draaijers: Lowestoft, De laatste zeeslag van Jacob
van Wassenaer-Obdam, doctoraalscriptie Rijksuniversiteit Utrecht (1997). J. de Graaf, Scheepsjournaal van admiraal Jacob van Wassenaer van Obdam, betreffende eene reis van Hellevoetsluis naar Lissabon en terug (1657), Deventer (1923).
G.L. Grove, Journalen van de admiralen Van Wassenaer Obdam (1658/59) en De Ruyter (1659/60), Amsterdam (1907)
|
Einde Gouden Eeuw
Een harde klap voor de Nederlanders en de Nederlandse economie kwam in 1672, toen het land in oorlog raakte met Engeland, Frankrijk, Keulen en Munster.
De republiek kon de overmacht aan Franse, Engelse en Duitse troepen niet aan. De handel en de visserij kwamen stil te liggen.
Na een lange tijd van voorspoed kwam er een einde aan de enorme welvaart van de Gouden Eeuw. Sommigen zagen de oorlog als een straf van God.
De Nederlanders leefden niet vroom genoeg. |
De economie kende nooit meer
dezelfde bloei als voor de oorlog. De republiek maakte plaats voor de
monarchie en Willem III werd zelfs nog koning van Engeland. Hij bleef
strijden tegen de Franse koning Lodewijk XIV. |
|