![]() Het succesverhaal van wasserij
Tettero ![]() Heet je Tettero dan vragen mensen uit Den Haag
en omgeving onmiddellijk `oh, van de wasserij zeker?`. De Haagse
wasserij-familie Tettero is in de Hofstad en in de wijde omgeving
goed bekend. Jarenlang hebben zij er een groot bedrijf gerund. Eerst
in Loosduinen en, na de inlijving van deze gemeente, in Den Haag.
Anja Kant-Tettero en Jeannot Kant schreven na
Johannes Tettero (1863-1926) (Xl-n) trouwt in Loosduinen op 23 oktober 1886 met Anna Maria Theresia Giezeman (1863-1947). Zij staan aan de bron van ruim een eeuw wassen en bleken door de Tettero`s. En zij schreven geschiedenis. Want bij de wat oudere Hagenaars en Loosduiners ontlokt de naam Tettero vaak de vraag "van de wasserij?". De historie begint eigenlijk al twee generaties eerder met Anna Maria Theresia Cleuters. Nadat zij in 1823 met assistentie van haar moeder, maar ongehuwd, het leven schenkt aan Cornelia Maria Elisabeth Cleuters, trouwt zij in 1834 met de weduwnaar Joannes Beijersbergen.(1) Zij beginnen een klederblekerij in Den Haag.
Johannes Tettero is sinds de dood van zijn moeder in 1868 halfwees. Hij leert het vak bij Hein van der Beek. Anna Maria Giezeman, dochter van Willem en Cornelia, helpt bij haar halfbroer Hein in de zaak. En zo ontstaat wat moois tussen Johannes en Anna Maria. De overlevering wil dat het haar moeder is die bedingt dat zij alleen op huwelijksvoorwaarden met Johannes mag trouwen.(2) Blijkbaar gaat het Willem en Cornelia Giezeman voor de wind. Ze kopen nogal wat onroerend goed. Op 9 juni 1886 laten ze de notaris naar Loosduinen komen en verkopen ze de bezittingen aan vijf van de zes kinderen voor een jaarlijkse lijfrente voor de langstlevende.(3) Mogelijk is moeder Cornelia ziek en is dit een manier om de erfenis te verdelen. Want een week later overlijdt zij. Het onroerend goed waar het hier om gaat zijn vier woningen, aan de Haagse Hemsterhuisstraat en de Twentstraat, en twee wasserijen. Willem en Cornelia hebben op 6 juli 1885 twee, pas een jaar bestaande, "kleeder wasch- en bleekerijen", ieder ruim acht are groot aan de Haagweg 495 en 497 in Loosduinen gekocht voor f 4112,50 elk. Ze laten huis nr. 497 aan hun dochter bij haar huwelijk (op huwelijksvoorwaarden wat dit pand betreft) voor een jaarlijkse lijfrente van f 206,-. Voor hun zoon Gerardus doen ze hetzelfde met het pand nr. 495.(4) Al gauw trekt haar vader in bij Anna Maria, die hem verzorgt tot aan zijn dood op 22 april 1895. Johannes en Anna Maria beginnen na hun huwelijk voor eigen rekening en risico in het wasserijtje te werken onder de naam: "Wasch- en bleekinrichting Nieuw Rozenburg". Hard en lang werken voor vaak rijke burgers uit de stad. Anna Maria krijgt twee miskramen `tussen het wasgoed` voor haar eerste zoon in 1890 het levenslicht ziet.
Opbouw en bloei
Reeds in 1928 komt een grote uitbreiding van het gebouw
tot stand waarin een grote stoommachine, wasmachines en mangels kunnen
worden geplaatst. In 1937 staat het erf van de buurman te koop, waarop
zij de bedrijfsruimte meer dan verdubbelden met een drieverdiepingen
hoog gebouw, waarin zij ook een chemische wasserij en een ververij
beginnen. Het bedrijfje van 1500 kg burgerwassen In 1941 nemen de broers alle aandelen over van Wasserij Eigen Hulp. Eigen Hulp is in 1894 opgericht en in 1897 gebouwd aan de Haagweg 331 door de verbruikerscoöperatie ,,Eigen Hulp" die in Den Haag ook een brandstof-, aardappel- en levensmiddelencooperatie exploiteert. Dit duurt maar een paar jaar, waarna er een Naamloze Vennootschap van wordt gemaakt, met onder andere een bonte verzameling oud-Indiegangers als aandeelhouders. Zo ontstaat er aan de Haagweg, dicht bij elkaar, twee grote wasserijen onder 1 firma van vier broers. Tijdens de bezetting worden de bestelwagens gevorderd.
Moe en hongerig worden de klanten bediend met de bakfiets. Eén
auto weten de broers te behouden door in de weekeinden te rijden voor
de voedselvoorziening. Van ambachtelijk familiebedrijf tot wasindustrie Het bedrijf Tettero groeit tot twintig ton per week, maar krijgt in de vijftiger en vooral zestiger jaren te kampen met moeilijkheden die typerend zijn voor familiebedrijven. De gelijke zeggenschap van de vaders en de opgroeiende zoons maken het bedrijf onbestuurbaar. De wrijving binnen bedrijf en familie leidt uiteindelijk tot een boedelscheiding. Willem en Henk Tettero weken de VOF Eigen Hulp (de wasserij met het omliggende onroerend goed) begin zestiger jaren los uit de firma Johannes Tettero. In 1964 is dit definitief afgehandeld en daarop wordt het bedrijf overgenomen door Jan (XIII.5.1), Henks oudste zoon. Willem heeft geen kinderen. Halverwege de jaren zeventig moet Wasserij Tettero de poorten sluiten. Een tweede bedreiging komt van buitenaf: het uitbreidingsplan
Waldeck. De Haagse gemeenteraad neemt in 1956 dit uitbreidingsplan
aan. Eigen Hulp moet op termijn verdwijnen. Op de plek van de wasserij
moet de Groen van Prinstererlaan namelijk aansluiting krijgen op de
Oude Haagweg. Onteigening door de gemeente is dus onvermijdelijk.
Na lang onderhandelen biedt het gemeentebestuur een aanvaardbare schadevergoeding
aan Willem en Henk en een goede plek op het industrieterrein Zichtenburg
ten behoeve van de nieuwbouw, die verkocht wordt aan Jan Tettero.
Zo was van de bedreiging een nieuwe kans gemaakt. Spoedig krijgt Jan assistentie van Paul (Xin.5.13), Henks jongste zoon, die de bedrijfsleiding op zich neemt. Eigen Hulp groeit de herstructureringsperiode van de wasserijwereld in. De geesten hierdoor vaardig gemaakt, komt er in 1976 een fusie tot stand met neven Giezeman. Het parool wordt: wat je met elkaar beter kunt doen, moet je niet alleen willen. Eigen Hulp wordt deel van de Rentex Varobo-groep. De boerenblekers van weleer zijn was-industrielen geworden. Januari 1982 neemt Paul de directie over van Jan. Jan wordt president-commissaris van Varobo en blijft dit tot aan zijn pensioen in april 1989. Paul verruilt in 1991 het directeurschap voor het zelfstandig ondernemerschap en start zijn eigen technisch onderhoudsbedrijf. Jans dochter Hannie (XIV.5.1.2) werkt tot augustus 1988 in Eigen Hulp en Jans jongste zoon Peter (XIV.5.1.8) blijft als bedrijfsleider tot in 1997 werkzaam in de Varobo-groep. Met zijn overstap naar het zelfstandig ondernemerschap in de groothandel voor banketbakkerijen komt er een einde aan ruim 110 jaar wassen door de Tettero's.(5) (6)
|