Home
Franciscus Valdez ondervindt de kracht van het water

1573 - 1574

Nieuwe tactiek: uithongeren van bevolking Leiden

Franciscus Valdez verliest beleg van Leiden 1574


Francisco de Valdez leert bij het korte en mislukte beleg van Alkmaar in 1573 een harde les over oorlogvoering in de Lage Landen: zijn vijand kan het land onder water zetten (inunderen) waardoor een aanval onmogelijk wordt.

Bij de belegering van Leiden, vanaf 31 oktober 1573, besluit hij voor de eerste keer de stad in te sluiten en uit te hongeren. Nieuwe schansen controleren knooppunten van wegen en waterwegen van en naar Leiden. Ongeveer 10.000 soldaten bemannen de schansen in hun de legertenten. Hij probeert een nieuwe tactiek. Maar opnieuw steken geuzen de dijken door en komt het water.

Francisco de Valdez is van gewone komaf. In 1546 dient hij keizer Karel V in de strijd tegen de protestanten in het Duitse Rijk en in 1550 in de expeditie tegen Tunis. Hij vecht daarna in de Nederlanden onder de hertog van Alva. Hij klimt op van sergeant-majoor (sargento mayor) tot maestro de campo. Bekend is hij als de belegeraar van Leiden. Voor de eerste keer is er geen bestorming, zoals in Haarlem en Alkmaar, maar een insluiting en uithongering van het garnizoen en de bevolking. Dit is Valdez bijna gelukt.

Francisco de Valdez komt door de mislukking toch niet in de problemen met zijn legerleiding. Tijdens het beleg onderhoudt hij goede contacten met Nederlandse koningsgezinde katholieken, onder wie historicus Opmeer uit Delft en veel gevluchte katholieken uit Leiden. Zijn verhouding met met de stadhouder van de koning in Leiden, La Roche. Zij proberen onafhankelijk van elkaar de stad ertoe te bewegen zich over te geven, door het stellen van milde voorwaarden. In de traditionele literatuur wordt doorgaans hoog opgegeven over zijn relatie met Magdalena Moons, een Haagse vrouw van 30 jaar, op wie hij een oogje heeft. Na Leiden blijft Valdez in Spaanse krijgsdienst en dient hij nog onder Parma bij de belegering van Maastricht in 1579. In 1580 sterft hij. (bron)

Magdalena Moons verleidt Valdez. Hij loopt in haar val

Boven: Magdalena Moons haalt Valdez over het beleg nog een dag uit te stellen waarna een storm het water tot bij de stadspoort van Leiden drijft.

Rechts: Francisco de Valdez of Baldez, veldoverste van het Spaanse leger tijdens het beleg van Leiden. Francisco Valdez of Baldez

Valdez bouwt ruim twintig schansen waarvan de grootste, in Kerkwijk de dorpskern van Leiderdorp, zijn hoofdkwartier is. De steen- en beeldhouwer Joost Janszoon Beeldsnijder, alias Bilhamer, ontwerpt in dienst van Valdez een aantal schansen en hij tekent een kaart over de situatie van het beleg. Later is hij militair ingenieur. Bij hun aftocht in 1574 staken de Spanjaarden de dorpskern van Leiderdorp in brand. (Bron).

Rechts: In 1880 stelt een kunstenaar het Beleg van Leiden op deze wijze voor. Tussen de kanonnen staan kazematten die de cavalerie moet beschermen.

Beleg van Leiden verbeeld
Boisot (rechts) en Van der Werff schudden elkaar de hand Links: Lodewijk van Boisot (man met hoed rechts) leidt 800 geharde kerels die gewend zijn Spanjaarden te verslaan. Sommigen voeren een zilveren maan op de hoed met het opschrift: liever Turksch dan Paapsch. Burgemeester Van der Werff (links) ontvangt de admiraal van de watergeuzen namens Willem van Oranje. De inwoners van Leiden krijgen te maken met een nieuwe tactiek van de Spanjaarden: uithongeren. Maar door het land onder water te zetten vluchten de Spaanse troepen. Dit gebeurt eerder bij Den Briel (1 april 1572) en Alkmaar (1573).
Baudartsius verbeeldt het beleg van Leiden 1574

Willem van Oranje stuurt een troepenmacht om de Spanjaarden weg te lokken bij Leiden en dit werkt. Op 21 maart 1574 breekt Valdez het beleg af en vertrekt richting Het Maasland in Limburg. Niemand rekent er echter op dat de Spaanse legeraanvoerder in de nacht van 25 op 26 mei terugkeert met zo'n 5000 soldaten. Het stadsbestuur heeft onvoldoende voorraden ingeslagen.

De glippers, die heimelijk de stad verlaten om Valdez op de hoogte te brengen van de erbarmelijke toestand waarin de bevolking verkeert, vertellen het laatste nieuws. De honger slaat toe en in juli ook de pest. Duizenden inwoners sterven. Valdez probeert met zoete beloften de belegerden tot overgave te verleiden en dit brengt veel wanhopigen aan het twijfelen. Maar de trouwe stadssecretaris Jan van Hout en de aanvoerder der troepen Jan van der Does, willen van geen overgave weten. De mythevorming heeft zelfs het verhaal in de wereld geholpen, dat burgemeester Van der Werf zijn eigen lichaam als voedsel aan de hongerige bevolking aanbiedt. Een dramatisch moment, dat op menig schilderij is vereeuwigd. Men houdt stand. Op 30 juli besluiten de Staten van Holland om de dijken door te steken om zo het omringende land onder water te zetten. Maar het water stijgt langzaam. Alles tot aan Rotterdam wordt onder water gezet. Op 3 oktober vertrekt Valdez met zijn mannen. Eenderde van de bevolking van Leiden is gestorven, zo'n 6000 mensen.